Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. komediespeler:


Dutch

Detailed Translations for komediespeler from Dutch to Spanish

komediespeler:

komediespeler [de ~ (m)] nomen

  1. de komediespeler (iemand die zich aanstelt; komediant; aansteller)
    el actor; el comediante; el cómico

Translation Matrix for komediespeler:

NounRelated TranslationsOther Translations
actor aansteller; iemand die zich aanstelt; komediant; komediespeler acteur; actor; actrice; artiest; speler; toneelspeler; tonelist; uitvoerder; vertoner
comediante aansteller; iemand die zich aanstelt; komediant; komediespeler
cómico aansteller; iemand die zich aanstelt; komediant; komediespeler cabaretier; komiek
ModifierRelated TranslationsOther Translations
cómico geestig; geinig; grappig; humoristisch; humoristische; kluchtig; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; leukjes; lollig; uiig

Related Words for "komediespeler":

  • komediespelers