Dutch

Detailed Translations for knijp from Dutch to Spanish

knijp:

knijp [de ~] nomen

  1. de knijp
    la trampa; la masilla; la venta; la sala; el establecimiento; el bar; el local; la posada; la cafetería; la pinza; el pegamento; la taberna; la tasca; la grapa; el mesón; el cepo; la clavija; la presilla; la bayuca; la brazadera

Translation Matrix for knijp:

NounRelated TranslationsOther Translations
bar knijp bar; café; café-hotel; espressobar; foyer; frituur; gelagkamer; herberg; koffiehuis; koffiekamer; koffieshop; kroeg; lokaliteit; lunchlokaliteit; lunchroom; patatkraam; tapperij; taveerne; theehuis; uitspanning
bayuca knijp bar; café; kroeg; lokaliteit; tapperij; taveerne; uitspanning
brazadera knijp klamp; klem; klemhaak; mijt
cafetería knijp bar; bistro; cafetaria; café; café-hotel; coffeeshop; eetcafé; eetgelegenheid; eethuis; eethuisje; eetzaal; espressobar; frituur; gelagkamer; herberg; kantine; koffiehuis; koffieshop; koffietent; kroeg; lokaliteit; lunchlokaliteit; lunchroom; patatkraam; restaurant; restauratie; restauratiezaal; schaftlokaal; snackbar; snelbuffet; stationsrestauratie; tapperij; taveerne; tearoom; theehuis; theesalon; uitspanning
cepo knijp klamp; klem; klemhaak; mijt; offerblok; offerbus; voetangel; voetijzer; wielklem
clavija knijp beurs; borgmoer; geldstuk; klamp; klem; klemhaak; klinknagel; knip; mijt; munt; muntstuk; nagel; pen; penning; pin; portefeuille; portemonnaie; portemonnee; speld; spie; spijker; veiligheidspal; veiligheidsspeld; zekerheidspen
establecimiento knijp bar; café; café-hotel; grondlegging; herberg; het stichten; instelling; kroeg; lokaliteit; nederzetting; oprichting; stichting; tapperij; taveerne; vestiging
grapa knijp hechting; klamp; kram; mijt; nietje; vasthechting
local knijp bar; café; café-hotel; herberg; kroeg; leslokaal; lokaal; lokaliteit; schoollokaal; tapperij; taveerne; vaklokaal
masilla knijp bar; café; hokje; hol; hol van een dier; kroeg; leger; lokaliteit; plamuur; plamuursel; schuilplaats; stopverf; tapperij; taveerne
mesón knijp bar; café; café-hotel; herberg; kroeg; lokaliteit; tapperij; taveerne; uitspanning
pegamento knijp bar; café; hokje; hol; hol van een dier; kit; kleefmiddel; kleefpasta; kleefstof; kroeg; leger; lijm; lokaliteit; plak; plakmiddel; plaksel; schuilplaats; tapperij; taveerne
pinza knijp kapstok; keg; keil; kledingstandaard; knijper; wasknijper; wig
posada knijp bar; buitencafé; café; café-hotel; herberg; kroeg; lokaliteit; tapperij; taveerne; uitspanning; uitspanningsoord
presilla knijp klamp; klem; klemhaak; mijt
sala knijp aparte vergaderruimte; bar; café; café-hotel; grote kamer; herberg; kroeg; lokaliteit; ruimte; tapperij; taveerne; veranda; zaal
taberna knijp bar; café; café-hotel; eetcafé; eetgelegenheid; eethuis; eethuisje; gelagkamer; herberg; kroeg; lokaliteit; restaurant; restauratie; tapperij; taveerne; uitspanning
tasca knijp bar; café; café-hotel; herberg; kroeg; lokaliteit; tapperij; taveerne; uitspanning
trampa knijp bedrog; foef; gemene streek; gezwendel; inzakking; kelderluik; knoeierij; kunstgreep; list; luik; manoeuvre; misleiding; nep; oplichterij; oplichting; truc; trucage; valkuil; valluik; valsheid; vuile truc; zwendel; zwendelarij
venta knijp afzet; bar; buitencafé; café; kroeg; lokaliteit; omzet; tapperij; taveerne; uitspanning; verkoop
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
local hier en daar; lokaal; on-premises; plaatselijk; plaatsgebonden

Related Words for "knijp":


knijp form of knijpen:

knijpen [het ~] nomen

  1. het knijpen (kneep)
    el pellizco

knijpen verb (knijp, knijpt, kneep, knepen, geknepen)

  1. knijpen (beknibbelen; knibbelen; schrapen)

Conjugations for knijpen:

o.t.t.
  1. knijp
  2. knijpt
  3. knijpt
  4. knijpen
  5. knijpen
  6. knijpen
o.v.t.
  1. kneep
  2. kneep
  3. kneep
  4. knepen
  5. knepen
  6. knepen
v.t.t.
  1. heb geknepen
  2. hebt geknepen
  3. heeft geknepen
  4. hebben geknepen
  5. hebben geknepen
  6. hebben geknepen
v.v.t.
  1. had geknepen
  2. had geknepen
  3. had geknepen
  4. hadden geknepen
  5. hadden geknepen
  6. hadden geknepen
o.t.t.t.
  1. zal knijpen
  2. zult knijpen
  3. zal knijpen
  4. zullen knijpen
  5. zullen knijpen
  6. zullen knijpen
o.v.t.t.
  1. zou knijpen
  2. zou knijpen
  3. zou knijpen
  4. zouden knijpen
  5. zouden knijpen
  6. zouden knijpen
en verder
  1. ben geknepen
  2. bent geknepen
  3. is geknepen
  4. zijn geknepen
  5. zijn geknepen
  6. zijn geknepen
diversen
  1. knijp!
  2. knijpt!
  3. geknepen
  4. knijpend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for knijpen:

NounRelated TranslationsOther Translations
pellizco kneep; knijpen snuifje
regatear afbedelen; afsmeken; aftroggelen
VerbRelated TranslationsOther Translations
economizar beknibbelen; knibbelen; knijpen; schrapen besparen; bezuinigen; geld besparen; korten; matigen; minder gebruiken; op bankrekening zetten; sparen; zuinig zijn
escatimar beknibbelen; knibbelen; knijpen; schrapen
regatear beknibbelen; knibbelen; knijpen; schrapen afdingen; afpingelen; dingen; marchanderen; onderhandelen; pingelen; sjacheren

Related Words for "knijpen":


Related Definitions for "knijpen":

  1. met je vingers aan tegenovergestelde kanten drukken1
    • hij kneep in de perzik om te voelen of hij rijp was1
  2. pijn doen door zijn vel tussen je vingers te drukken1
    • hij kneep zijn zusje in haar arm1

Wiktionary Translations for knijpen:

knijpen
verb
  1. tussen twee punten druk uitoefenen

Cross Translation:
FromToVia
knijpen pellizcar pinch — to squeeze a small amount of skin
knijpen exprimir; apretar squeeze — to apply pressure to from two or more sides at once
knijpen pinchar; pellizcar; pinzar; coger con pinzas; apretar pincerserrer fortement avec une pince, avec des tenailles ou autres instruments semblables.