Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. gelid:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gelid from Dutch to Spanish

gelid:

gelid [het ~] nomen

  1. het gelid (rij)
    la fila; la cola; la raya; la línea; la serie; el orden; la barra; la tira
  2. het gelid (rij manschappen)
    el orden; la fila; la serie
  3. het gelid (rang; rangorde)
    el rango; la fila; el título; la categoría

Translation Matrix for gelid:

NounRelated TranslationsOther Translations
barra gelid; rij balk; balkonhek; balustrade; band; bar; boekdeel; buffet; chocolade; chocoladereep; deel; drankbuffet; geluidsniveau; kuip; reep; spijl; spon; staaf; stijl; tap; tapkast; tobbe; toog; tralie; uitspanning; volume; waskuip; zitstang; zitstok; zitstok om te wandelen
categoría gelid; rang; rangorde aantal personen bijeen; aard; afdeling; categorie; classificatie; departement; detachement; genre; gezelschap; graad; groep; klasse; kleurcategorie; maatschappelijke klasse; niveau; onderverdeling; orde; peil; rang; sectie; slag; soort; stand; tak; type
cola gelid; rij aaneenschakeling; kit; kleefstof; lijm; plak; plaksel; reeks; serie; wachtrij
fila gelid; rang; rangorde; rij; rij manschappen aaneenschakeling; chocolade; chocoladereep; keten; rangschikken; rangschikking; record; reeks; reep; rij; rijtje; serie
línea gelid; rij aansluiting; band; connectie; gezichtsrimpel; haal; kras; liaison; lijn; lijntje; linie; link; pennekras; regel; relatie; rimpel; samenhang; schriftlijn; streep; streepje; verband; verbinding
orden gelid; rij; rij manschappen aaneenschakeling; aanschrijving; aanwijzing; aanzegging; allegaartje; beleefdheid; beschaafdheid; bestel; betamelijkheid; bevel; commando; decorum; dienstorder; discipline; dwang; fatsoen; fatsoenlijkheid; gehoorzaamheid; gelazer; gevoeglijkheid; instructie; kennisgeving; keten; keurigheid; mengelmoes; narigheid; netheid; onberispelijkheid; onderwerping; opbouw; openhartigheid; openheid; opgeruimdheid; oprechtheid; orde; ordelijkheid; ordening; order; organisatie; properheid; reeks; regelmaat; reglementering; rij; rondborstigheid; rondheid; samenraapsel; samenstel; samenstelling; serie; smetteloosheid; structuur; systeem; trammelant; tucht; verordening; voorschrift; welgemanierdheid; welvoeglijkheid
rango gelid; rang; rangorde bereik; graad; hiërarchie; militaire rang; niveau; peil; rang; rangorde; volgorde
raya gelid; rij afscheiding; band; beschot; boekdeel; chocolade; chocoladereep; deel; geluidsniveau; gezichtsrimpel; haal; haarband; haarlint; hek; hekwerk; kras; lijn; linie; lint; pennekras; reep; rimpel; rog; schot; streep; tussenmuur; tussenmuurtje; tussenschot; volume
serie gelid; rij; rij manschappen aaneenschakeling; cyclus; gamma; keten; ketting; opeenvolging; reeks; rij; scala; sequens; sequentie; serie; sleep; snoer; spectrum
tira gelid; rij band; banderol; boekdeel; deel; geluidsniveau; haarband; haarlint; lint; strook; volume
título gelid; rang; rangorde aanspraak; boektitel; graad; kop; krantenkop; militaire rang; opschrift; recht; rechtsgrond; rechtstitel; titel; titelbalk; titulatuur; waardigheidstitel
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
categoría categorie
orden z-volgorde

Wiktionary Translations for gelid:


Cross Translation:
FromToVia
gelid fila; hilera rangée — Traductions à trier suivant le sens

External Machine Translations:

Related Translations for gelid