Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. aanrecht:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for aanrecht from Dutch to Spanish

aanrecht:

aanrecht [de ~ (m)] nomen

  1. de aanrecht (gootsteen)
    el fregadero; la pila

aanrecht [het ~] nomen

  1. het aanrecht
    la encimera

Translation Matrix for aanrecht:

NounRelated TranslationsOther Translations
encimera aanrecht
fregadero aanrecht; gootsteen spoelvat
pila aanrecht; gootsteen accu; accumulator; bak; barrel; batterij; berg; emmer; fust; grote hoeveelheid; hoop; hoopje; kuip; massa; overvloed; pijler; pot; spoelbak; stack; stapel; stapeltje; teil; ton; vat

Wiktionary Translations for aanrecht:

aanrecht
noun
  1. vaste tafel met kastjes langs keukenwand

Cross Translation:
FromToVia
aanrecht fregadero éviertable en céramique, en métal ou en pierre, comportant un bassin creusé dans lequel on lave la vaisselle, et qui a un trou pour l’écoulement des eaux.