Home
Dictionaries
Word Fun
About
Feedback
In English
Home
->
Dictionaries
->
Dutch/English
->Translate twijg
Translate
twijg
from Dutch to English
Search
Remove Ads
Summary
Dutch to English:
more detail...
twijg:
twig
;
branch
;
sprig
;
stick
;
scion
;
limb
;
offspring
;
progeny
;
shoot
;
spray
Wiktionary:
twijg →
twig
,
stick
,
switch
twijg →
stick
twijg →
twig
Dutch
Detailed Translations for
twijg
from Dutch to English
twijg:
twijg
[
de ~
]
nomen
de twijg
(
loot
;
takje
)
the
twig
– a small branch or division of a branch (especially a terminal division); usually applied to branches of the current or preceding year
1
twig
[
the ~
]
nomen
the
branch
;
the
sprig
;
the
stick
;
the
scion
;
the
limb
;
the
offspring
;
the
progeny
;
the
shoot
;
the
spray
branch
[
the ~
]
nomen
sprig
[
the ~
]
nomen
stick
[
the ~
]
nomen
scion
[
the ~
]
nomen
limb
[
the ~
]
nomen
offspring
[
the ~
]
nomen
progeny
[
the ~
]
nomen
shoot
[
the ~
]
nomen
spray
[
the ~
]
nomen
Translation Matrix for twijg:
Noun
Related Translations
Other Translations
branch
loot
;
takje
;
twijg
afdeling
;
agentschap
;
bedrijfstak
;
beroepsgroep
;
bijkantoor
;
boomtak
;
branche
;
branche-element
;
deelsoort
;
departement
;
detachement
;
economische sector
;
ent
;
filiaal
;
hulpkantoor
;
sectie
;
tak
;
vakgroep
;
vertakking
;
voorwaardelijke branche
;
zijtak
limb
loot
;
takje
;
twijg
been
;
deelsoort
;
ledemaat
;
lichaamsdeel
;
lidmaat
;
tak
offspring
loot
;
takje
;
twijg
afstammeling
;
broed
;
gebroed
;
kinderen
;
kroost
;
nageslacht
;
nakomeling
;
nakomelingen
;
telg
;
telgen
progeny
loot
;
takje
;
twijg
broed
;
gebroed
;
kinderen
;
kroost
;
nageslacht
;
nakomelingen
;
telgen
scion
loot
;
takje
;
twijg
shoot
loot
;
takje
;
twijg
afknallen
;
jaagpartij
;
jacht
;
jachtpartij
;
jonge plant
;
loot
;
plantestekje
;
scheut
;
schoot
;
spruit
;
stek
;
stekje
;
wildjacht
spray
loot
;
takje
;
twijg
spray
;
sproeimiddel
sprig
loot
;
takje
;
twijg
boomtak
;
deelsoort
;
ent
;
jonge plant
;
plantestekje
;
scheut
;
schoot
;
spruit
;
stek
;
tak
stick
loot
;
takje
;
twijg
baton
;
hakhout
;
hockeystick
;
knoet
;
knuppel
;
phylum
;
pook
;
schacht
;
slaghout
;
staaf
;
staf
;
stam
;
stang
;
stok
;
versnellingshandel
twig
loot
;
takje
;
twijg
deelsoort
;
tak
Verb
Related Translations
Other Translations
branch
aftakken
;
uitvoeren als vertakking
;
vertakken
;
vertakking
shoot
afschieten
;
afvuren
;
filmen
;
neerschieten
;
schieten
;
schieten op
;
schoten lossen
;
verfilmen
;
vuren
spray
bespatten
;
bespetteren
stick
aan elkaar hangen
;
aan elkaar kleven
;
aaneenplakken
;
blijven hangen
;
blijven steken
;
graaien
;
grijpen
;
grissen
;
haperen
;
iets vastkleven
;
jatten
;
kleven
;
klitten
;
lijmen
;
omhoogzitten
;
op hetzelfde niveau blijven
;
pikken
;
plakken
;
samenplakken
;
snaaien
;
stagneren
;
stokken
;
vast blijven hangen
;
vastkleven
;
vastkoeken
;
vastlijmen
;
vastlopen
;
vastplakken
;
wegkapen
twig
betrappen
;
snappen
Related Words for "twijg":
twijgen
Wiktionary Translations for
twijg
:
twijg
noun
een dun buigzaam takje van een boom of struik
twijg
→
twig
twijg
noun
-
stick
→
twijg
Thin rod used as a whip
switch
→
spitsroede
;
twijg
a small thin branch
twig
→
twijg
verb
-
stick
→
bijblijven
;
blijven hangen
Cross Translation:
From
To
Via
•
twijg
→
twig
↔
Zweig
—
Botanik
:
kleinste Fortsätze von Bäumen und Sträuchern
•
twijg
→
twig
↔
brindille
— Branche d’arbre mince et courte
1
WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University
Remove Ads
Remove Ads