Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. lading:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for lading from Dutch to German

lading:

lading [de ~ (v)] nomen

  1. de lading (electrische lading)
    die Ladung; die elektrische Ladung
  2. de lading (belading; vracht; last)
    die Ladung; die Beladung; Frachtgut
  3. de lading (cargo; vracht)
    die Fracht; die Befrachtung; Frachtgut; die Ladung; die Last; die Beladung
  4. de lading
    die Ladung

Translation Matrix for lading:

NounRelated TranslationsOther Translations
Befrachtung cargo; lading; vracht bevrachting; vracht
Beladung belading; cargo; lading; last; vracht bevrachting; vracht
Fracht cargo; lading; vracht bevrachting; vracht; vrachtgoed; vrachtkosten
Frachtgut belading; cargo; lading; last; vracht bevrachting; vracht; vrachtgoed
Ladung belading; cargo; electrische lading; lading; last; vracht bevrachting; dagvaarding; elektrische lading; karrenvracht; nettolading; vracht; vrachtgoed
Last cargo; lading; vracht draaglast; druk; gelazer; gevoelslast; kruis; kruisvorm; last; lasten van een lastdier; moeilijkheid; narigheid; oplage; penarie; probleem; trammelant; uitgave
elektrische Ladung electrische lading; lading elektrische lading
- last; vracht

Related Words for "lading":


Synonyms for "lading":


Related Definitions for "lading":

  1. waar je een vervoermiddel mee volstopt of belast1
    • er ging een lading grind in de vrachtwagen1

Wiktionary Translations for lading:

lading
noun
  1. psychischer Druck, beschwerlicher Umstand
  2. Transportwesen: etwas, was sich durch sein Gewicht nach unten drückt oder zieht; auch Ladung, Fracht; was man trägt

Cross Translation:
FromToVia
lading Ladung charge — electric charge
lading Ladung electric charge — electromagnetic state

Related Translations for lading