Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. subject:


Dutch

Detailed Translations for subject from Dutch to Swedish

subject:

subject [het ~] nomen

  1. het subject (thema van een boek; thema; onderwerp)
    tema; innehåll

Translation Matrix for subject:

NounRelated TranslationsOther Translations
innehåll onderwerp; subject; thema; thema van een boek aanbevolen inhoud; behelzen; betekenis; capaciteit; grootte in de ruimte; inhoud; inhouden; inhoudsruimte; strekking; tendens; volume; waarmee iets gevuld is; wat ergens in zit
tema onderwerp; subject; thema; thema van een boek bureaubladthema; onderwerp; thema

Related Words for "subject":

  • subjecten