Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. lessenaar:


Dutch

Detailed Translations for lessenaar from Dutch to Swedish

lessenaar:

lessenaar [de ~ (m)] nomen

  1. de lessenaar (schrijftafel; bureau; schrijfbureau)
    skrivbord; bänk; arbetsplats; arbetsbord
  2. de lessenaar (schooltafel)
    skolbänk; bänk
  3. de lessenaar (schrijftafeltje)
    skrivbord

Translation Matrix for lessenaar:

NounRelated TranslationsOther Translations
arbetsbord bureau; lessenaar; schrijfbureau; schrijftafel werktafels
arbetsplats bureau; lessenaar; schrijfbureau; schrijftafel plek van werken; werkgelegenheid; werkhuis; werkplek
bänk bureau; lessenaar; schooltafel; schrijfbureau; schrijftafel bank; schoolbank; zetel; zitbank; zitplaats
skolbänk lessenaar; schooltafel schoolbank; schoolbanken
skrivbord bureau; lessenaar; schrijfbureau; schrijftafel; schrijftafeltje bureaus; schrijfbureaus; schrijftafels; werktafel

Related Words for "lessenaar":

  • lessenaars, lessenaartje