Summary


Dutch

Detailed Translations for drek from Dutch to Swedish

drek:

drek [de ~ (m)] nomen

  1. de drek (poep; schijt; stront; kak)
    skit; lort
  2. de drek (smurrie; prut)
    smuts; lerig
  3. de drek (vuilnis; huisvuil; voddengoed; )

Translation Matrix for drek:

NounRelated TranslationsOther Translations
avfall afval; drek; grofvuil; huisafval; huisvuil; rommel; voddengoed; vuilnis; vullis afval; afvalmateriaal; afvalstof; rondwarende schaduwen; rotzooi; schaduwen; schimmen; verkwisting; verspilling; vuilnis
hushållsavfall afval; drek; grofvuil; huisafval; huisvuil; rommel; voddengoed; vuilnis; vullis huishoudelijk afval
hushållssopor afval; drek; grofvuil; huisafval; huisvuil; rommel; voddengoed; vuilnis; vullis
lerig drek; prut; smurrie
lort drek; kak; poep; schijt; stront
skit drek; kak; poep; schijt; stront beer; bezinksel; dik; drab; droesem; drol; excrementen; fecaliën; feces; galbak; grondsop; hoop; keutel; mest; moer; stuk poep; uitscheiding; uitwerpsel; uitwerpselen; zetsel
smuts drek; prut; smurrie bagger; modder; prut; slib; slijk; slik; viezigheden; zwijnerij
sopor afval; drek; grofvuil; huisafval; huisvuil; rommel; voddengoed; vuilnis; vullis afval; prullen; rotzooi; vuilnis
ModifierRelated TranslationsOther Translations
lerig drabbig; lemen; onzuiver; troebel; troebelachtig
skit bliksems; shit; verdraaid; verduiveld