Dutch

Detailed Translations for aanpassing from Dutch to Swedish

aanpassing:

aanpassing [de ~ (v)] nomen

  1. de aanpassing (bijstelling)
    anpassning; korrigering; inställning; justering
  2. de aanpassing
  3. de aanpassing (aanpassen)
    anpassning

Translation Matrix for aanpassing:

NounRelated TranslationsOther Translations
anpassning aanpassen; aanpassing; bijstelling huisstijl; tekst passend maken
inställning aanpassing; bijstelling afstelling; gemoedstoestand; inregeling; instelling; scherpstelling; stemming
justering aanpassing; bijstelling herstelling van materiaal; ijk; ijking; kalibrering; revisie; uitlijning
korrigering aanpassing; bijstelling
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
personanpassning aanpassing persoonlijke aanpassingen

Wiktionary Translations for aanpassing:


Cross Translation:
FromToVia
aanpassing acklimatisering acclimatization — the act of acclimatizing
aanpassing justering adjustment — small change
aanpassing förändring change — the process of becoming different
aanpassing ändra; redigera edit — a change to the text of a document
aanpassing anpassning Anpassung — Vorgang oder Ergebnis des sich Einstellens auf etwas
aanpassing jämkning accommodation — Action de (s’)adapter, (se) conformer
aanpassing förändring; ändring transformationaction de transformer.