Dutch

Detailed Translations for wildheid from Dutch to French

wildheid:

wildheid [de ~ (v)] nomen

  1. de wildheid (woestheid)
    la sauvagerie; la furie; la férocité

Translation Matrix for wildheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
furie wildheid; woestheid dolheid; feeks; furie; giftigheid; haaibaai; heks; helleveeg; kwaadheid; loeder; razernij; teef; toorn; viswijf; woede
férocité wildheid; woestheid barbaarsheid; barbarij; onmenselijkheid; wreedheid
sauvagerie wildheid; woestheid eenkennigheid; schuwheid

Related Words for "wildheid":


wild:

wild [het ~] nomen

  1. het wild
    le fauves; la bêtes sauvages; la bêtes féroces
  2. het wild
    gibier

Translation Matrix for wild:

NounRelated TranslationsOther Translations
bêtes féroces wild
bêtes sauvages wild
enragé dolleman; fanaat; fanaticus; geesteszieke; gek; ijveraar; krankzinnige; waanzinnige; zeloot
fauves wild
gibier wild
sauvage boer; bruut; onbeschofte man; wilde; wreedaard
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- woest
ModifierRelated TranslationsOther Translations
en colère ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter; bitter teleurgesteld; boos; dol; driftig; felle; furieus; gebelgd; gebeten; gekwetst; giftig; grimmig; hels; kwaad; laaiend; misnoegd; nijdig; ontstoken; ontvlamd; razend; spinnijdig; tierend; toornig; verbeten; verbitterd; verbolgen; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend
enragé ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter; bitter teleurgesteld; bitter van smaak; boos; dol; felle; furieus; gebelgd; gekwetst; giftig; grimmig; hels; kokend; kwaad; laaiend; misnoegd; nijdig; onderdrukt; opgekropt; razend; spinnijdig; tierend; toornig; verbeten; verbitterd; verbolgen; verkropt; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend
farouche ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bedeesd; beschroomd; bleu; kopschuw; schroomvallig; schuchter; schuw; timide; verlegen
fou de rage ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter teleurgesteld; grimmig; verbeten; verbitterd
furibond ongetemd; ruig; ruw; wild; woest boos; dol; erg boos; furieus; grimmig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; spinnijdig; tierend; toornig; verbeten; vertoornd; woedend; woest; ziedend
furieuse ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter; boos; dol; furieus; giftig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; tierend; woedend; woest; zeer boos
furieusement ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter; bitter teleurgesteld; boos; dol; felle; furieus; gebelgd; giftig; grimmig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; onderdrukt; opgekropt; razend; tierend; verbeten; verbitterd; verbolgen; verkropt; vertoornd; woedend; woest; zeer boos
furieux ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter; bitter teleurgesteld; bitter van smaak; boos; dol; felle; furieus; gebelgd; geweldig; giftig; grimmig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; spinnijdig; tierend; toornig; verbeten; verbitterd; verbolgen; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend
féroce ongetemd; ruig; ruw; wild; woest barbaars; beestachtig; bruut; inhumaan; monsterlijk; onmenselijk; wreed
férocement ongetemd; ruig; ruw; wild; woest barbaars; beestachtig; bitter teleurgesteld; bruut; felle; grimmig; inhumaan; monsterlijk; onmenselijk; verbeten; verbitterd; wreed
outré ongetemd; ruig; ruw; wild; woest boos; furieus; gebelgd; gekwetst; kwaad; misnoegd; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woest; ziedend
raboteux ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bobbelig; hobbelig; oneffen; ongelijkmatig
rageur ongetemd; ruig; ruw; wild; woest boos; dol; furieus; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; tierend; woedend; woest
rude ongetemd; ruig; ruw; wild; woest agressief; bar; barbaars; beestachtig; bruut; chagrijnig; fel; gestreng; gewelddadig; hanig; hard; hardhandig; inhumaan; knorrig; korzelig; monsterlijk; niet toegevend; nors; nurks; onbegroeid; onmenselijk; onzacht; pinnig; ruige; ruw; scherp; snibbig; streng; vinnig; vlijmend; wreed
rugueux ongetemd; ruig; ruw; wild; woest hobbelig; oneffen; ongelijkmatig
rêche ongetemd; ruig; ruw; wild; woest barbaars; beestachtig; bruut; dor; hobbelig; infertiel; inhumaan; monsterlijk; oneffen; ongelijkmatig; onmenselijk; onvruchtbaar; schraal; wreed
sauvage ongetemd; ruig; ruw; wild; woest agressief; gewelddadig; kokend; ruige; ziedend

Related Words for "wild":

  • wildheid, wilds, wilder, wildere, wildst, wildste

Synonyms for "wild":


Antonyms for "wild":


Related Definitions for "wild":

  1. dieren waar op gejaagd wordt1
    • hazen en fazanten horen bij het wild1
  2. niet aan mensen gewend, bang voor mensen1
    • er lopen veel wilde katten in Amsterdam1
  3. zoals voorkomt in de natuur1
    • dit zijn wilde rozen, ze worden niet gekweekt1
  4. zonder moderne beschaving1
    • er wonen nog twee wilde stammen in dat land1
  5. onbeheerst en ruw1
    • hij maakte allerlei wilde gebaren1

Wiktionary Translations for wild:

wild
noun
  1. chasse|fr animal sauvages comestibles qu’on prendre à la chasse.
adjective
  1. Se dit de certains animaux qui vivent en liberté dans les bois, dans le désert, etc.

Cross Translation:
FromToVia
wild marron; féral; haret feral — wild, untamed, especially of domesticated animals having returned to the wild
wild féroce ferocious — Marked by extreme and violent energy
wild gibier game — wild animals hunted for food
wild turbulent rambunctious — energetic and difficult to control
wild sauvage wild — not domesticated or tamed
wild chicorée; sauvage WegwarteBotanik, kurz: gemeine Wegwarte (Cichorium intybus), blaue Blume aus der Gruppe der Korbblütler, mit der Endivie verwandt