Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. vakkundige:
  2. vakkundig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vakkundige from Dutch to French

vakkundige:

vakkundige [znw.] nomen

  1. vakkundige (expert; deskundige; specialist)
    le spécialiste; le connaisseur; l'expert; le professionnel; l'homme compétent; l'autorité

Translation Matrix for vakkundige:

NounRelated TranslationsOther Translations
autorité deskundige; expert; specialist; vakkundige autoriteit; autoriteiten; bevoegd zijn; bevoegdheid; bewind; gezag; gezaghebber; gezaghebbers; gezagsdrager; gezagsorgaan; gouvernement; heerschappij; instantie; kabinet; macht; openbaar gezag; overheid; regering; regeringsstelsel; regime; rijksbestuur; staatsbestel; voogdij; zeggenschap
connaisseur deskundige; expert; specialist; vakkundige fijnproever; gastronoom; gourmet; kenner; kunstkenner; lekkerbek; likkebaard; likkepot; smulpaap; snoeper
expert deskundige; expert; specialist; vakkundige keurmeester; specialiste
homme compétent deskundige; expert; specialist; vakkundige specialiste
professionnel deskundige; expert; specialist; vakkundige beroeps; prof; professional; specialiste
spécialiste deskundige; expert; specialist; vakkundige specialiste
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
professionnel bekwaam; beroeps; capabel; competent; deskundig; geschikt; oordeelkundig; professioneel; professioneel uitziende; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
expert bekwaam; capabel; competent; deskundig; doorkneed; geschikt; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig
spécialiste gespecialiseerd; specialistisch

Related Words for "vakkundige":


vakkundig:


Translation Matrix for vakkundig:

NounRelated TranslationsOther Translations
expert deskundige; expert; keurmeester; specialist; specialiste; vakkundige
professionnel beroeps; deskundige; expert; prof; professional; specialist; specialiste; vakkundige
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
professionnel competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bekwaam; beroeps; capabel; competent; geschikt; professioneel; professioneel uitziende
ModifierRelated TranslationsOther Translations
compétent competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bedreven; bekwaam; bevoegd; capabel; competent; fysiek in staat; gediplomeerd; gekwalificeerd; geoefend; geschikt; in staat; kundig
expert competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bekwaam; capabel; competent; doorkneed; geschikt
intelligent competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig adrem; bedachtzaam; bij de pinken; bijdehand; clever; correct; doordacht; gevat; gis; goochem; intelligent; kien; nadenkend; pienter; raadzaam; raak; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; snugger; spitsvondig; uitgekiend; uitgeslapen; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
qualifié competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bekwaam; bevoegd; capabel; competent; doorkneed; ervaren; gediplomeerd; gekwalificeerd; geleerd; gerechtigd; geschikt; geschoold; gewettigd; onderwezen
spécialisé competent; deskundig; oordeelkundig; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig bekwaam; capabel; competent; geschikt; gespecialiseerd; specialistisch

Related Words for "vakkundig":


Wiktionary Translations for vakkundig:

vakkundig
adjective
  1. juri|fr Qui appartenir, qui est dû en vertu de certains droits. Il ne se dit, en ce sens, que d’une portion de quelque bien, de quelque domaine.

Cross Translation:
FromToVia
vakkundig adéquat sachgerechtsachlich richtig