Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. organen:
  2. orgaan:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for organen from Dutch to French

organen:

organen [de ~] nomen, plural

  1. de organen
    l'organes

Translation Matrix for organen:

NounRelated TranslationsOther Translations
organes organen

Related Words for "organen":


orgaan:

orgaan [het ~] nomen

  1. het orgaan (zintuig)
    le sens
  2. het orgaan (spreekbuis)

Translation Matrix for orgaan:

NounRelated TranslationsOther Translations
organe phonateur orgaan; spreekbuis
sens orgaan; zintuig afmeting; bedoeling; beduidenis; beduiding; belang; betekenis; dimensie; doel; formaat; geest; gevoel; gewichtigheid; grootte; inhoud; koers; maat; mate; nut; omvang; richting; sentiment; strekking; teneur; zin

Related Words for "orgaan":


Related Definitions for "orgaan":

  1. deel van lichaam met eigen functie1
    • de long is een orgaan waarmee we ademhalen1

Wiktionary Translations for orgaan:

orgaan
noun
  1. Onderdeel van het organisme
orgaan
noun
  1. partie d’un organisme vivant, considérée comme un tout et comme remplissant une fonction nécessaire ou utiles à sa vie.

Cross Translation:
FromToVia
orgaan organisation body — organisation, company or other authoritative group
orgaan organe organ — part of an organism