Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. mogendheid:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for mogendheid from Dutch to French

mogendheid:

mogendheid [de ~ (v)] nomen

  1. de mogendheid (mogendheden)
    la puissance; la forces

Translation Matrix for mogendheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
forces mogendheden; mogendheid krachten; krachtstromen; machten; sterkstromen
puissance mogendheden; mogendheid autoriteit; bevoegd zijn; bevoegdheid; gezag; gezagsorgaan; heerschappij; instantie; invloed; kracht; macht; sterkte; vermogen

Related Words for "mogendheid":


Wiktionary Translations for mogendheid: