Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. kader:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kader from Dutch to French

kader:

kader [het ~] nomen

  1. het kader (omlijsting; raam; rand; lijst)
    le cadre; l'encadrement
  2. het kader (omranding; lijst; rand)
    le cadre; la bordure; l'encadrement
  3. het kader (leidinggevend personeel; staf)
    le cadres

Translation Matrix for kader:

NounRelated TranslationsOther Translations
bordure kader; lijst; omranding; rand rand; randje; randversiering; zoom
cadre kader; lijst; omlijsting; omranding; raam; rand chassis; frame; functionaris; geraamte; kaderlid; leidinggevend personeel; letterbox; lijst; officier; personeel; raamantenne; raamwerk; scherpte; schilderijlijst; skelet; snijkant; staf; staflid; stafmedewerker; stafmedewerkster
cadres kader; leidinggevend personeel; staf chassis; geraamte
encadrement kader; lijst; omlijsting; omranding; raam; rand chassis; geraamte; gootlijst; kozijn; kranslijst; lijstwerk; vensterkozijn
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
bordure rand

Related Words for "kader":

  • kaderen, kaders, kadertje, kadertjes

Related Definitions for "kader":

  1. lijn om een stuk tekst heen1
    • er staat een zwart kader om het artikel1
  2. mensen in organisatie die de leiding hebben1
    • het kader van dit bedrijf is goed opgeleid1

Wiktionary Translations for kader:

kader
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
kader encadré box — rectangular border around a section of text
kader structure framework — a basic conceptual structure
kader châssis stretcher — frame on which a canvas is stretched for painting
kader cadre RahmenEinfassung eines Bildes
kader contexte Zusammenhang — wechselseitige Beziehung, Verbindung zwischen Teilen, bei der eine Veränderung des einen Teils durch eine Veränderung auf dem anderen Teil begleitet wird. Diese Teile können materielle Gegenstand, physische Prozesse, gedankliche Gegenstände sowie deren Eigenschaften sein.