Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. gekkigheid:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gekkigheid from Dutch to French

gekkigheid:

gekkigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de gekkigheid (dwaasheid; gekte; gekheid; idioterie; zotheid)
    la folie; la plaisanterie; la stupidité; la blague; la bêtise; la sottise; la déraison; l'idiotie; la bouffonnerie

Translation Matrix for gekkigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
blague dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid aardigheid; aardigheidje; bak; geestigheid; gein; geintje; gekheid; grap; grapje; humor; jolijt; keet; kinderachtigheid; leut; lol; lolletje; mop; plezier; presentje; pret; pretje; scherts; uiting van vrolijkheid
bouffonnerie dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid dwaze vertoning; farce; gein; grappigheid; jolijt; keet; kinderachtigheid; klucht; kluchtigheid; koddigheid; leut; lol; malheid; plezier; pret; snaaksheid; vermakelijkheid
bêtise dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid absurditeit; dwaasheid; flauwe grap; flauwiteit; gein; gekke streek; idioterie; jolijt; keet; leut; lol; malheid; onbenulligheid; ongerijmdheid; onverstand; onwetendheid; onzinnigheid; plezier; pret; rare streek; stompzinnigheid
déraison dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid
folie dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid aardigheid; absurditeit; achterlijkheid; dwaasheid; flauwe grap; flauwiteit; geestigheid; gein; gekkenwerk; giftigheid; grap; humor; idioterie; jolijt; keet; krankzinnigheid; kwaadheid; leut; lol; malheid; ongerijmdheid; onverstand; onzinnigheid; plezier; pret; razernij; toorn; uiting van vrolijkheid; uitzinnigheid; verdwaasdheid; verdwazing; waanzin; waanzinnigheid; woede
idiotie dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid absurditeit; dwaasheid; flauwe grap; flauwiteit; idioterie; ongerijmdheid; onverstand; onzinnigheid
plaisanterie dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid aardigheid; aardigheidje; bak; canard; geestigheid; gein; geintje; gekheid; grap; grapje; grappenmakerij; grappigheid; grol; humor; jolijt; keet; kinderachtigheid; kluchtigheid; koddigheid; kwinkslag; leut; lol; lolletje; malheid; mop; plezier; presentje; pret; pretje; scherts; snaaksheid; uiting van vrolijkheid; vermakelijkheid
sottise dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid aardigheid; absurditeit; dwaasheid; flauwe grap; flauwiteit; gebazel; geestigheid; gein; gekheid; gekkenpraat; gekkenwerk; grap; humor; idioterie; jolijt; keet; kinderachtigheid; leut; lol; malheid; mallepraat; malligheid; ongerijmdheid; onverstand; onzinnigheid; plezier; pret; schaapachtigheid; uiting van vrolijkheid; wartaal
stupidité dwaasheid; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; zotheid gebazel; gein; gekkenpraat; jolijt; keet; kinderachtigheid; leut; lol; mallepraat; onbenulligheid; onwetendheid; plezier; pret; stompzinnigheid; wartaal

Related Words for "gekkigheid":

  • gekkigheden

Wiktionary Translations for gekkigheid:


Cross Translation:
FromToVia
gekkigheid pitrerie; bouffonnerie; niaiserie tomfoolery — foolish behaviour