Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. gehele:
  2. geheel:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gehele from Dutch to French

gehele:

gehele adj

  1. gehele

Translation Matrix for gehele:

NounRelated TranslationsOther Translations
complet kostuum; maatpak; pak
total complete som; conclusie; eindsom; gevolgtrekking; slotsom; slotsommen; totaalbedrag; totaalbedragen; volledige bedrag
tout heelal; ruimte; universum; wereldruimte
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
complet gehele algeheel; beslist; compleet; feitelijk; foutloos; gaaf; geheid; gewis; heel; helemaal; heus; intact; integraal; kompleet; perfect; plenair; reëel; stellig; totaal; uitverkocht; vast; vast en zeker; volgeboekt; volkomen; volledig; volleerd; volmaakt; volslagen; voltallig; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
entier geheel getal
ModifierRelated TranslationsOther Translations
entier gehele algeheel; allemaal; alles; beslist; breukvrij; compleet; feitelijk; gaaf; geheid; gewis; heel; heelhuids; hele; helemaal; heus; intact; kompleet; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongedeerd; ongekwetst; ongeopend; ongeschonden; onverzwakt; reëel; stellig; totaal; vast; vast en zeker; volkomen; volledig; volslagen; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker
total gehele allemaal; alles; compleet; faliekant; finaal; foutloos; hartstikke; helemaal; integraal; perfect; totaal; vierkant; volledig; volmaakt; volstrekt
tout gehele alle; allemaal; alles

Related Words for "gehele":


Wiktionary Translations for gehele:


Cross Translation:
FromToVia
gehele entier; tout total — entire
gehele total total — complete

geheel:

geheel [het ~] nomen

  1. het geheel (voltalligheid; volledigheid; totaliteit; )
    la totalité; l'état complet

Translation Matrix for geheel:

NounRelated TranslationsOther Translations
totalité alles; eenheid; geheel; gezamenlijkheid; totaal; totaliteit; volkomenheid; volledigheid; voltalligheid
état complet alles; eenheid; geheel; gezamenlijkheid; totaal; totaliteit; volkomenheid; volledigheid; voltalligheid
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- compleet; heel; vol; volledig
AdverbRelated TranslationsOther Translations
- helemaal
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
- totaal
ModifierRelated TranslationsOther Translations
sans exception geheel; zonder uitzondering

Related Words for "geheel":


Synonyms for "geheel":


Antonyms for "geheel":


Related Definitions for "geheel":

  1. zonder dat er iets ontbreekt1
    • hij was geheel in het zwart gekleed1
  2. alle delen bij elkaar1
    • deze verzameling vormt een geheel1

Wiktionary Translations for geheel:

geheel
adjective
  1. Qui a toutes ses parties, ou que l’on considérer dans toute son étendue.
  1. D'une manière entière.
  2. -

Cross Translation:
FromToVia
geheel complètement altogether — without exception; wholly; completely
geheel intégral integral — math: of, pertaining to, or being an integer
geheel entier; tout total — entire
geheel total total — complete
geheel totalement; total gänzlich — in vollem Umfang

Related Translations for gehele