Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. gedrang:


Dutch

Detailed Translations for gedrang from Dutch to French

gedrang:

gedrang [het ~] nomen

  1. het gedrang (drukte; toeloop; toevloed)
    la bousculade; la foule; l'animation; l'affluence; la poussée; la cohue

Translation Matrix for gedrang:

NounRelated TranslationsOther Translations
affluence drukte; gedrang; toeloop; toevloed drom; drukte; grote menigte; het toestromen; het toevloeien; massa; menigte; mensenmassa; oploopje; samenkomst; toeloop; troep; veel mensen; volksmenigte
animation drukte; gedrang; toeloop; toevloed agitatie; animatie; beroering; bevlogenheid; bezieling; enthousiasme; geestdrift; gewoel; kalmte; levendigheid; ongedurigheid; onrust; stilheid; stilte
bousculade drukte; gedrang; toeloop; toevloed beroering; drukte; geraas; grote menigte; hectiek; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; toeloop; tumult; veel mensen
cohue drukte; gedrang; toeloop; toevloed beroering; drukte; gedruis; geraas; groep mensen; grote menigte; hectiek; heibel; heksenketel; lawaai; leven; massa; menigte; opschudding; pandemonium; rumoer; toeloop; tumult; veel mensen
foule drukte; gedrang; toeloop; toevloed bende; berg; boel; broeden; drom; drukte; geboefte; gebroed; gepeupel; gespuis; grauw; groep mensen; grote menigte; heleboel; hoop; horde; kluit; kudde; massa; menigte; mensenmassa; plebs; rapaille; schaar; schare; schorriemorrie; toeloop; troep; tuig; uitschot; veel mensen; volksmenigte
poussée drukte; gedrang; toeloop; toevloed aandrang; aandrift; aandrijfkracht; aandrijving; ambitie; daadkracht; drang; drijfkracht; duw; duwtje; dynamiek; eerzucht; energie; esprit; fut; geduw; impuls; kracht; momentum; motor; por; prikkel; puf; stimulans; stoot; stootje; stuwkracht; voortstuwing; werklust; zet