Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. bouwvalligheid:
  2. bouwvallig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for bouwvalligheid from Dutch to French

bouwvalligheid:

bouwvalligheid [znw.] nomen

  1. bouwvalligheid
    le délabrement

Translation Matrix for bouwvalligheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
délabrement bouwvalligheid

Related Words for "bouwvalligheid":


bouwvallig:

bouwvallig adj

  1. bouwvallig (ruïneus; gammel)

Translation Matrix for bouwvallig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
branlant bouwvallig; gammel; ruïneus gammel; geestelijk onstabiel; krakkemikkig; krakkemikkige; labiel; waggelend; wankel; zwak
croulant bouwvallig; gammel; ruïneus gammel; krakkemikkig; wankel; zwak
délabré bouwvallig; gammel; ruïneus aan stukken; aangeslagen; beschadigd; gammel; gebarsten; gebroken; gehavend; geruineerd; geschonden; gewond; kapot; krakkemikkig; krakkemikkige; naar de knoppen; stuk; wankel; wrak; zwak

Related Words for "bouwvallig":


Wiktionary Translations for bouwvallig:

bouwvallig
Cross Translation:
FromToVia
bouwvallig délabré ramshackle — in disrepair or disorder

External Machine Translations: