Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. beslommering:


Dutch

Detailed Translations for beslommering from Dutch to French

beslommering:

beslommering [de ~ (v)] nomen

  1. de beslommering
    le soucis; le tracas

Translation Matrix for beslommering:

NounRelated TranslationsOther Translations
soucis beslommering bekommernis; bezorgdheid; gepeins; gepieker; geprakkizeer; getob; kommer; moeilijkheden; ongerustheid; problemen; sores; verontrusting; zorg; zorgen
tracas beslommering conditie; drukte; gepeins; gepieker; geprakkizeer; heisa; krakeel; rompslomp; staat; toestand

Related Words for "beslommering":

  • beslommeringen