Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. krop:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for krop from Dutch to Spanish

krop:

krop [de ~ (m)] nomen

  1. de krop (opeengepakte bladeren)
    la cosecha; la siega; la segazón
  2. de krop (kropgezwel; struma)
    el bocio; la estruma
  3. de krop (slakrop)
    el repollo; la planta de lechuga; el grumo

Translation Matrix for krop:

NounRelated TranslationsOther Translations
bocio krop; kropgezwel; struma
cosecha krop; opeengepakte bladeren afscheiding; beschot; druivenoogst; hek; hekwerk; oogst; opbrengst; opbrengst van een gewas; opbrengst van gewas; pluk; product; rendement; schot; tussenmuur; tussenmuurtje; tussenschot; uitkomst; voortbrengsel; wijnoogst
estruma krop; kropgezwel; struma
grumo krop; slakrop brok; klont; klonter; schar; suikerklontje
planta de lechuga krop; slakrop
repollo krop; slakrop witte kool
segazón krop; opeengepakte bladeren oogst; opbrengst van een gewas
siega krop; opeengepakte bladeren oogst; opbrengst van een gewas

Related Words for "krop":


Wiktionary Translations for krop:


Cross Translation:
FromToVia
krop cabeza tête — anatomie|fr partie supérieure du corps, qui est le siège du cerveau et des principaux organes des sens, et qui, chez l’homme et chez la plupart des vertébrés, tenir au reste du corps par le cou.