Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. toebereiden:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for toebereiden from Dutch to Spanish

toebereiden:

toebereiden verb (bereid toe, bereidt toe, bereidde toe, bereidden toe, toebereid)

  1. toebereiden (marineren)
  2. toebereiden (bereiden; klaarmaken; gereed maken; brouwen)

Conjugations for toebereiden:

o.t.t.
  1. bereid toe
  2. bereidt toe
  3. bereidt toe
  4. bereiden toe
  5. bereiden toe
  6. bereiden toe
o.v.t.
  1. bereidde toe
  2. bereidde toe
  3. bereidde toe
  4. bereidden toe
  5. bereidden toe
  6. bereidden toe
v.t.t.
  1. heb toebereid
  2. hebt toebereid
  3. heeft toebereid
  4. hebben toebereid
  5. hebben toebereid
  6. hebben toebereid
v.v.t.
  1. had toebereid
  2. had toebereid
  3. had toebereid
  4. hadden toebereid
  5. hadden toebereid
  6. hadden toebereid
o.t.t.t.
  1. zal toebereiden
  2. zult toebereiden
  3. zal toebereiden
  4. zullen toebereiden
  5. zullen toebereiden
  6. zullen toebereiden
o.v.t.t.
  1. zou toebereiden
  2. zou toebereiden
  3. zou toebereiden
  4. zouden toebereiden
  5. zouden toebereiden
  6. zouden toebereiden
en verder
  1. ben toebereid
  2. bent toebereid
  3. is toebereid
  4. zijn toebereid
  5. zijn toebereid
  6. zijn toebereid
diversen
  1. bereid toe!
  2. bereidt toe!
  3. toebereid
  4. toebereidend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

toebereiden [znw.] nomen

  1. toebereiden
    el preparar

Translation Matrix for toebereiden:

NounRelated TranslationsOther Translations
marinar marineren
preparar toebereiden bereiden; klaarmaken
VerbRelated TranslationsOther Translations
aderezar bereiden; brouwen; gereed maken; klaarmaken; toebereiden bereiden; brouwen; iets toebereiden; klaarmaken; prepareren
conservar en adobo marineren; toebereiden in blik conserveren; inblikken; inmaken; inpekelen; inzouten; opzouten; zouten
marinar marineren; toebereiden
preparar bereiden; brouwen; gereed maken; klaarmaken; toebereiden alvast neerzetten; bereiden; brouwen; eten bereiden; gereedmaken; iets toebereiden; klaarmaken; klaarzetten; koken; kokkerellen; prepareren; voorbereiden; voorbereiding treffen; voorbereidingen treffen; voorbewerken; voorwerken

Wiktionary Translations for toebereiden:


Cross Translation:
FromToVia
toebereiden preparar; disponer apprêterpréparer, mettre en état.
toebereiden preparar; aderezar; adobar; aviar préparerapprêter, disposer mettre une chose dans l’état convenable à l’usage auquel on la destiner.

Related Translations for toebereiden