Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. specerijen:
  2. specerij:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for specerijen from Dutch to Spanish

specerijen:

specerijen [de ~] nomen, plural

  1. de specerijen (kruiden; smaakstoffen)

Translation Matrix for specerijen:

NounRelated TranslationsOther Translations
condimento kruiden; smaakstoffen; specerijen aanmaken; bereiden; bereiding; kruiderij; smaakmaker; toebereiding; trendsetters
sabor kruiden; smaakstoffen; specerijen smaak; smaakstof; smaakwaarneming; ziel
substancia aromática degustativa kruiden; smaakstoffen; specerijen smaakstof

Related Words for "specerijen":


Wiktionary Translations for specerijen:


Cross Translation:
FromToVia
specerijen condimento; especia GewürzPflanzenteile (besonders von Kraut), die gemahlen oder ganz einer Speise beigemengt werden, um ihren Geschmack zu verbessern

specerij:

specerij [de ~ (v)] nomen

  1. de specerij (kruid; kruiderij)
    la especias; la especia

Translation Matrix for specerij:

NounRelated TranslationsOther Translations
especia kruid; kruiderij; specerij
especias kruid; kruiderij; specerij kruiden; kruiderij; smaakmaker

Related Words for "specerij":


Wiktionary Translations for specerij:

specerij
noun
  1. een gedroogd plantendeel, anders dan een groen blad of stengel, dat als geur-, kleur- of smaakstof aan voedsel wordt toegevoegd

Cross Translation:
FromToVia
specerij condimento; especia GewürzPflanzenteile (besonders von Kraut), die gemahlen oder ganz einer Speise beigemengt werden, um ihren Geschmack zu verbessern
specerij especia spice — plant matter used to season or flavour food
specerij especia; aliño; condimento; aderezo spice — any variety of spice
specerij especia épice — Condiment aromatique