Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. nastreven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for nastreven from Dutch to Spanish

nastreven:

nastreven verb (streef na, streeft na, streefde na, streefden na, nagestreefd)

  1. nastreven (trachten te verkrijgen; vervolgen; najagen)

Conjugations for nastreven:

o.t.t.
  1. streef na
  2. streeft na
  3. streeft na
  4. streven na
  5. streven na
  6. streven na
o.v.t.
  1. streefde na
  2. streefde na
  3. streefde na
  4. streefden na
  5. streefden na
  6. streefden na
v.t.t.
  1. heb nagestreefd
  2. hebt nagestreefd
  3. heeft nagestreefd
  4. hebben nagestreefd
  5. hebben nagestreefd
  6. hebben nagestreefd
v.v.t.
  1. had nagestreefd
  2. had nagestreefd
  3. had nagestreefd
  4. hadden nagestreefd
  5. hadden nagestreefd
  6. hadden nagestreefd
o.t.t.t.
  1. zal nastreven
  2. zult nastreven
  3. zal nastreven
  4. zullen nastreven
  5. zullen nastreven
  6. zullen nastreven
o.v.t.t.
  1. zou nastreven
  2. zou nastreven
  3. zou nastreven
  4. zouden nastreven
  5. zouden nastreven
  6. zouden nastreven
diversen
  1. streef na!
  2. streeft na!
  3. nagestreefd
  4. nastrevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

nastreven [znw.] nomen

  1. nastreven (najagen)
    la caza; la búsqueda

Translation Matrix for nastreven:

NounRelated TranslationsOther Translations
aspirar a aansturen op; ambitie; aspiratie; azen; beogen; doel; intentie; mikken op; pogen; streven; streven naar; trachten
búsqueda najagen; nastreven afstropen; afzoeken; geheel doorzoeken; speurtocht; verkenning; zoeken; zoektocht
caza najagen; nastreven doodschieten; jacht; jachtliefhebber; jachtrit; jagen; jager; neerleggen; neerschieten; wild
perseguir achtervolgen; volgen
VerbRelated TranslationsOther Translations
afanarse tras najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen ijlen; jachten; jagen; jakkeren; opschieten; reppen; snellen; spoeden; stressen; vliegen; zich haasten; zich spoeden
aspirar a najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen ambiëren; doelen; ijlen; ijveren; jachten; jagen; jakkeren; mikken op; opschieten; reppen; snellen; spoeden; stressen; streven; streven naar; vliegen; zich haasten; zich spoeden
cazar najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen afschieten; afvuren; azen; betrappen; jachten; opdrijven; ophitsen; opjagen; prooizoeken; schieten; schoten lossen; sjezen; snappen; snel gaan; voortjagen; vuren
perseguir najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen achternazitten; achtervolgen; berechten; erdoor jagen; gerechtelijk vervolgen; ijlen; jachten; jagen; jakkeren; nazitten; opschieten; reppen; snellen; spoeden; stressen; vervolgen; vliegen; volgen; zich haasten; zich spoeden
perseguir judicialmente najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen berechten; gerechtelijk vervolgen; vervolgen

Wiktionary Translations for nastreven:

nastreven
verb
  1. een doel trachten te bereiken

Cross Translation:
FromToVia
nastreven aspirar aspire — to hope or dream
nastreven esforzar; procurar endeavor — attempt through application of effort
nastreven buscar seek — to try to find
nastreven ambicionar; aspirar erstreben(transitiv), gehoben: nach etwas streben, etwas zu erreichen suchen