Summary


Dutch

Detailed Translations for witheid from Dutch to English

witheid:

witheid [de ~ (v)] nomen

  1. de witheid
    the whiteness

Translation Matrix for witheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
whiteness witheid

Related Words for "witheid":


wit:


Translation Matrix for wit:

NounRelated TranslationsOther Translations
blank formulier; gaping; hiaat; invulformulier; lacune; ledigheid; leegte; leemte
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
ashen blank; bleek; bleek van gelaatskleur; doodsbleek; lijkbleek; lijkwit; sneeuwwit; spierwit; wit; wit van huidskleur asgrauw; grauw; lijkbleek; lijkwit; vaal
blank blank; wit; wit van huidskleur blanco; blank; inhoudsloos; leeg; loos; met de mond vol tanden; met open mond; onbeschreven; ongelakt; oningevuld; sprakeloos; uitdrukkingsloos; verbaasd; verbijsterd; verbluft; verstomd; verwonderd; vrij; wezenloos; zonder taak
pale blank; bleek; bleek van gelaatskleur; wit; wit van huidskleur blank; bleek; bleekjes; flauw; flets; kleurloos; ongekleurd; pips; slap; slapjes; verschoten; wee; ziekelijk; zwak
pallid blank; doodsbleek; lijkbleek; lijkwit; sneeuwwit; spierwit; wit; wit van huidskleur
plain vlakte
unmarked blank; wit; wit van huidskleur loos; ongemerkt; vrij; zonder merk; zonder taak
white blank; bleek; bleek van gelaatskleur; wit; wit van huidskleur
ModifierRelated TranslationsOther Translations
drained of colour blank; bleek; bleek van gelaatskleur; wit; wit van huidskleur
plain blank; wit; wit van huidskleur alledaags; blank; cru; direct; eenvoudig; effen; gewoon; gewoonweg; klinkklaar; lelijk; lelijk uitziend; niets bijzonders; onbewimpeld; ongelakt; ongezouten; onknap; onomwonden; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; ordinair; puur; rechttoe rechtaan; regelrecht; ronduit; ruiterlijk; van één kleur; vrij; vrijelijk; vrijuit
washed out blank; wit; wit van huidskleur bleek; flauw; flets; futloos; lamlendig; lusteloos; mat; pips; slap; verschoten
white as a sheet doodsbleek; lijkbleek; lijkwit; sneeuwwit; spierwit; wit

Related Words for "wit":


Synonyms for "wit":


Antonyms for "wit":


Related Definitions for "wit":

  1. met weinig kleur1
    • zij zag weer erg wit1
  2. licht en zonder kleur1
    • de bruid droeg een witte jurk1
  3. niet onwettig of verboden1
    • hij werkt daar wit, dus hij betaalt premies1

Wiktionary Translations for wit:

wit
adjective
  1. kleur
wit
adjective
  1. white or gray with age
  2. bright and colourless
noun
  1. color/colour

Cross Translation:
FromToVia
wit white; whiteness Weiß — ein weißer Farbton
wit white weiß — eine unbunte Farbe habend, die hellste Farbe im digitalen RGB-Farbraum, die die Werte rot = 255; grün = 255; blau = 255 hat.
wit white blanc — blanc (sens général)
wit em cadratin — (imperative) Petit cadrat de la largeur de deux chiffres.
wit hoary chenu — Blanchi par l’âge
wit intention; plan; intent; aim; goal; purpose; target; butt; end; objective dessein — Intention d’exécuter quelque chose (sens général)

External Machine Translations: