Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. wijzer:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wijzer from Dutch to English

wijzer:

wijzer [de ~ (m)] nomen

  1. de wijzer
    the pointer
    the hand
    – a rotating pointer on the face of a timepiece 1
    • hand [the ~] nomen
      • the big hand counts the minutes1

Translation Matrix for wijzer:

NounRelated TranslationsOther Translations
hand wijzer arbeider; arbeidskracht; boerenknecht; hand; handdruk; handje; hulpje; jat; klauw; klerk; knecht; knuist; medewerker; personeelslid; poot; werker; werkkracht; werkman; werknemer
pointer wijzer aanknopingspunt; aanwijzer; aanwijzing; tip; vingerwenk; vingerwijzing; wenk
VerbRelated TranslationsOther Translations
hand aanbieden; aangeven; aanreiken; afgeven; geven; overgeven; overhandigen; reiken; toesteken

Related Words for "wijzer":

  • wijzers, wijzertje, wijzertjes

Wiktionary Translations for wijzer:

wijzer
noun
  1. pointer of an analogue/analog clock

Cross Translation:
FromToVia
wijzer needle aiguille — Traductions à trier suivant le sens