Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. plichten:
  2. plicht:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for plichten from Dutch to English

plichten:

plichten [de ~] nomen, plural

  1. de plichten
    the duties

Translation Matrix for plichten:

NounRelated TranslationsOther Translations
duties plichten arbeid; belastingen; heffingen; job; karwei

Related Words for "plichten":


plicht:

plicht [de ~] nomen

  1. de plicht
    the duty
    • duty [the ~] nomen

Translation Matrix for plicht:

NounRelated TranslationsOther Translations
duty plicht tarief; toltarief
- taak

Related Words for "plicht":


Synonyms for "plicht":


Antonyms for "plicht":


Related Definitions for "plicht":

  1. wat je volgens jezelf en anderen moet doen1
    • het is mijn plicht je te waarschuwen1

Wiktionary Translations for plicht:

plicht
noun
  1. een taak die men op zich genomen heeft of opgelegd heeft gekregen
plicht
noun
  1. legal obligation
  2. that which one is morally or legally obligated to do
  3. necessity

Cross Translation:
FromToVia
plicht duty; responsibility; homework devoir — Ce à quoi on est obliger par la raison, par la morale, par la loi, par sa condition, par la bienséance, etc.