Dutch
Detailed Translations for inseinen from Dutch to English
inseinen:
-
inseinen
Conjugations for inseinen:
o.t.t.
- sein in
- seint in
- seint in
- seinen in
- seinen in
- seinen in
o.v.t.
- seinde in
- seinde in
- seinde in
- seinden in
- seinden in
- seinden in
v.t.t.
- heb ingeseind
- hebt ingeseind
- heeft ingeseind
- hebben ingeseind
- hebben ingeseind
- hebben ingeseind
v.v.t.
- had ingeseind
- had ingeseind
- had ingeseind
- hadden ingeseind
- hadden ingeseind
- hadden ingeseind
o.t.t.t.
- zal inseinen
- zult inseinen
- zal inseinen
- zullen inseinen
- zullen inseinen
- zullen inseinen
o.v.t.t.
- zou inseinen
- zou inseinen
- zou inseinen
- zouden inseinen
- zouden inseinen
- zouden inseinen
en verder
- ben ingeseind
- bent ingeseind
- is ingeseind
- zijn ingeseind
- zijn ingeseind
- zijn ingeseind
diversen
- sein in!
- seint in!
- ingeseind
- inseinend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for inseinen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
brief | inseinen | inlichten; onderrichten; voorlichten |
tip off | inseinen | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
brief | bondig; eindig; haastig; kort; kortstondig; samengevat; terloops; vergankelijk; vluchtig; voorbijgaand |
External Machine Translations: