Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. handboeien:
  2. handboei:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for handboeien from Dutch to English

handboeien:

handboeien [de ~] nomen, plural

  1. de handboeien (handijzers)
    the handcuffs
  2. de handboeien (handijzers; boeien)
    the handcuffs; the irons; the manacles; the fetter

Translation Matrix for handboeien:

NounRelated TranslationsOther Translations
fetter boeien; handboeien; handijzers aaneengeschakelde ringen om iemand mee vast te binden; boei; keten; ketting; kluister
handcuffs boeien; handboeien; handijzers handboei; ketenen; kluisters; knevels
irons boeien; handboeien; handijzers ketenen; kluisters; knevels
manacles boeien; handboeien; handijzers handboei; ketenen; kluisters; knevels
VerbRelated TranslationsOther Translations
fetter handboeien omdoen; in de boeien slaan; ketenen; vastketenen; vastkluisteren; vastleggen

Related Words for "handboeien":


Wiktionary Translations for handboeien:

handboeien
noun
  1. a shackle restricting free movement of the hands
  2. metal rings for fastening wrists

Cross Translation:
FromToVia
handboeien handcuff Handschellemeist Plural: stählerne, verschließbare Fessel um die Handgelenke
handboeien handcuffs menotte — Demi-anneau en fer servant à immobiliser les mains

handboei:

handboei [de ~] nomen

  1. de handboei
    the handcuffs; the manacles

Translation Matrix for handboei:

NounRelated TranslationsOther Translations
handcuffs handboei boeien; handboeien; handijzers; ketenen; kluisters; knevels
manacles handboei boeien; handboeien; handijzers; ketenen; kluisters; knevels

Related Words for "handboei":


Related Translations for handboeien