Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. grimassen:
  2. grimas:


Dutch

Detailed Translations for grimassen from Dutch to English

grimassen:

grimassen [de ~] nomen, plural

  1. de grimassen
    the grimaces

grimassen verb

  1. grimassen (grijnzen; grijnzend lachen)
    to grin; to smirk; grimace
    • grin verb (grins, grinned, grinning)
    • smirk verb (smirks, smirked, smirking)
    • grimace verb

Translation Matrix for grimassen:

NounRelated TranslationsOther Translations
grimaces grimassen
grin glimlach; glimlachje; grijns; grijnslach; grimas; lachje; sneer
smirk grijns; grijnslach; grimas; sneer
VerbRelated TranslationsOther Translations
grimace grijnzen; grijnzend lachen; grimassen
grin grijnzen; grijnzend lachen; grimassen grijnzen; sneren; vals grijnzen
smirk grijnzen; grijnzend lachen; grimassen grijnzen; grimassen maken; sneren; vals grijnzen; vals lachen

Related Words for "grimassen":


grimas:

grimas [de ~] nomen

  1. de grimas (grijns; grijnslach)
    the grin; the smirk; the sneer

Translation Matrix for grimas:

NounRelated TranslationsOther Translations
grin grijns; grijnslach; grimas glimlach; glimlachje; grijns; grijnslach; lachje; sneer
smirk grijns; grijnslach; grimas grijns; grijnslach; sneer
sneer grijns; grijnslach; grimas grijns; grijnslach; sneer
VerbRelated TranslationsOther Translations
grin grijnzen; grijnzend lachen; grimassen; sneren; vals grijnzen
smirk grijnzen; grijnzend lachen; grimassen; grimassen maken; sneren; vals grijnzen; vals lachen
sneer belachelijk maken; bespotten; de spot drijven; grijnzen; ironiseren; schamperen; sneren; vals grijnzen; vals lachen

Related Words for "grimas":


Related Translations for grimassen