Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. verzuchting:


Dutch

Detailed Translations for verzuchting from Dutch to German

verzuchting:

verzuchting [de ~ (v)] nomen

  1. de verzuchting (zucht)
    die Sucht; die Gier

Translation Matrix for verzuchting:

NounRelated TranslationsOther Translations
Gier verzuchting; zucht begeerte; begerige ijver; begerigheid; gierigheid; graagte; gretigheid; gulzigheid; hebberigheid; hebzucht; hevig verlangen; krenterigheid; schrokachtigheid; vraatzucht; vraatzuchtigheid; vrekkigheid
Sucht verzuchting; zucht afhankelijkheid; gewenning; verslaafdheid; verslaving

Related Words for "verzuchting":

  • verzuchtingen