Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. sores:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for sores from Dutch to German

sores:

sores [de ~] nomen, plural

  1. de sores (problemen; moeilijkheden; zorgen)
    die Schwierigkeit; die Sorge; der Schlamassel; die Not; Elend

Translation Matrix for sores:

NounRelated TranslationsOther Translations
Elend moeilijkheden; problemen; sores; zorgen armoede; barheid; behoeftigheid; ellende; gebrek; malheur; moeilijkheden; moeilijkheid; narigheid; nood; noodlottigheid; noodtoestand; noodwendigheid; ongeluk; onheil; onspoed; pech; penarie; probleem; ramp; rampspoed; rampzaligheid; rottigheid; tegenslag; tegenspoed; terugslag
Not moeilijkheden; problemen; sores; zorgen armoede; behoeftigheid; ellende; gebrek; kommer; kwel; malheur; misère; moeilijkheden; nood; noodtoestand; noodwendigheid; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag
Schlamassel moeilijkheden; problemen; sores; zorgen ellende; gelazer; kommer; kwel; misère; narigheid; rottigheid; trammelant
Schwierigkeit moeilijkheden; problemen; sores; zorgen complicatie; gelazer; ingewikkeldheid; moeilijkheid; moeizaamheid; narigheid; netelige zaak; ongemak; ongerief; penarie; probleem; starheid; stijfheid; strafheid; stugheid; stuursheid; trammelant
Sorge moeilijkheden; problemen; sores; zorgen beslommering; verpleging; verzorging; voorzorg; zorg

Wiktionary Translations for sores:

sores
noun
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
sores Zores tsuris — problems or troubles