Dutch

Detailed Translations for puinhoop from Dutch to German

puinhoop:

puinhoop [de ~ (m)] nomen

  1. de puinhoop (rotzooi; zooi; zootje; )
    die Pfuscherei; Chaos; die Sudelei; der Trümmerhaufen; die Schmiererei; Wirrwarr; der Schutthaufen; Durcheinander; die Sauwirtschaft
  2. de puinhoop (chaos; wanorde; heksenketel; )
    Chaos; der Wirbel; die Verwirrung; die Unordnung; Gewirr; die Verworrenheit; Durcheinander; die Verwüstung; der Wirrwarr

Translation Matrix for puinhoop:

NounRelated TranslationsOther Translations
Chaos bende; chaos; heksenketel; keet; puinhoop; puinzooi; regelloosheid; rommel; rotzooi; troep; wanorde; wanordelijkheid; zooi; zootje knoeiboel; rommel; soepzootje; troep; wanorde; wanordelijkheid; warboel; warhoop; warwinkel; wirwar; zooitje; zootje
Durcheinander bende; chaos; heksenketel; keet; puinhoop; puinzooi; regelloosheid; rommel; rotzooi; troep; wanorde; wanordelijkheid; zooi; zootje beestenboel; geharrewar; knoeiboel; menging; rommel; rommelig gedoe; soepzootje; troep; wanorde; wanordelijkheid; warboel; warhoop; warwinkel; wirwar; zooitje; zootje
Gewirr chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje beroering; drukte; gedoe; geraas; grote menigte; heibel; heksenketel; kouwe drukte; lawaai; leven; omhaal; ophef; opschudding; pandemonium; rumoer; toeloop; tumult; veel mensen; wirwar
Pfuscherei bende; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; troep; zooi; zootje bedrog; beuzelarij; complot; futselarij; gebroddel; geklungel; geknoei; gemier; gemors; getreuzel; gezeur; knoeierij; nep; oplichterij; samenzwering; zwendelarij
Sauwirtschaft bende; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; troep; zooi; zootje soepzootje; verwaarloosde boel
Schmiererei bende; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; troep; zooi; zootje geflikflooi; geklieder; geklodder; gerotzooi; kattebelletje; kladbriefje; kladje; kliederboel; kliederen; knoeierij; krabbel; krabbelbriefje; schrijfsel; smeerboel
Schutthaufen bende; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; troep; zooi; zootje
Sudelei bende; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; troep; zooi; zootje geflikflooi; geklieder; geklodder; gerotzooi; kliederen; smeerboel
Trümmerhaufen bende; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; troep; zooi; zootje berg puin; bouwval; ruïne; vervallen gebouw
Unordnung chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje het onregelmatig-zijn; ongeregeldheid; onregelmatigheid; ordeloosheid; slordigheid; wanorde; wanordelijkheid; wirwar; zooitje
Verwirrung chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje ontsteldheid; verbijstering; verbouwereerdheid; verwardheid; verwarring
Verworrenheit chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje verwardheid; verwarring
Verwüstung chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje ravage; vernieling; verwoesting
Wirbel chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje kruinen; maalstromen; nekwervel; ruggegraatswervel; ruggenwervel; rugwervel; verwardheid; verwarring; wervel; wervels
Wirrwarr bende; chaos; heksenketel; keet; puinhoop; puinzooi; regelloosheid; rommel; rotzooi; troep; wanorde; wanordelijkheid; zooi; zootje knoeiboel; rommel; troep; warboel; warhoop; warwinkel; wirwar; zootje

Related Words for "puinhoop":

  • puinhopen

Wiktionary Translations for puinhoop:

puinhoop
noun
  1. een hoop puin, meestal door de verwoesting van bouwwerken
  2. een bende

Cross Translation:
FromToVia
puinhoop Durcheinander mess — a disagreeable mixture or confusion of things…
puinhoop Ruine; Trümmer ruinedépérissement, destruction d’un bâtiment.