Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. pasta:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for pasta from Dutch to German

pasta:

pasta [de ~ (m)] nomen

  1. de pasta (dikke zalf)
    die Pasta; die Nudeln; die dickflüssige Salbe; die Paste; der Teig
  2. de pasta (knoedels; noedels)
    die Nudeln; der Klöße; die Pasta; die Knödel
  3. de pasta (Italiaanse deegwaren)
    die Nudeln; die Pasta

Translation Matrix for pasta:

NounRelated TranslationsOther Translations
Klöße knoedels; noedels; pasta
Knödel knoedels; noedels; pasta
Nudeln Italiaanse deegwaren; dikke zalf; knoedels; noedels; pasta macaroni
Pasta Italiaanse deegwaren; dikke zalf; knoedels; noedels; pasta
Paste dikke zalf; pasta
Teig dikke zalf; pasta beslag; deeg
dickflüssige Salbe dikke zalf; pasta

Wiktionary Translations for pasta:

pasta
noun
  1. de benaming voor een aantal Italiaanse deegproducten