Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. museumbezoeker:


Dutch

Detailed Translations for museumbezoeker from Dutch to German

museumbezoeker:

museumbezoeker [de ~ (m)] nomen

  1. de museumbezoeker (bezoeker)
    der Besucher; der Museumsbesucher

Translation Matrix for museumbezoeker:

NounRelated TranslationsOther Translations
Besucher bezoeker; museumbezoeker bezoekers; gast; genodigde; invité; klanten; logé; overnachter; slaapgast; slaper
Museumsbesucher bezoeker; museumbezoeker

Related Words for "museumbezoeker":

  • museumbezoekers

External Machine Translations: