Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. geren:


Dutch

Detailed Translations for geren from Dutch to German

geren:

geren [het ~] nomen

  1. het geren (rennen)
    Gerenne; Rennen

Translation Matrix for geren:

NounRelated TranslationsOther Translations
Gerenne geren; rennen gedraaf; gehaast; gehol; gejaag; gejacht; gejakker
Rennen geren; rennen hardlopen; hardloperij; hollen; race; rennen; snellen; wedloop; wedloop van hardlopers; wedren; zich snel voortbewegen