Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Search: maar

Dutch and Swedish Search Results for: maar

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

maar:
- ändå; dock; emellertid
Wiktionary:
- maar → men
- maar → men, utan, fast, emellertid, dock, bara, blott, endast

Dutch

Detailed Translations for maar from Dutch to Swedish

maar:

maar adj

maar (doch; echter; niettemin; nochtans)
ändå
- ändå adj
maar (echter)
dock; emellertid
- dock adj
- emellertid adj

Translation Matrix for maar:

Adjective	Related Translations	Other Translations
-	enkel
Adverb	Related Translations	Other Translations
-	slechts
Conjunction	Related Translations	Other Translations
-	doch; echter; nochtans
Modifier	Related Translations	Other Translations
dock	echter; maar
emellertid	echter; maar
ändå	doch; echter; maar; niettemin; nochtans	hoe dan ook; nog wel

Synonyms for "maar":

doch; echter; nochtans
enkel; slechts

Related Definitions for "maar":

geeft een tegenstelling aan¹
- hij is wel aardig, maar ook een beetje gek¹
niet meer dan dat¹
- hij heeft maar twee kinderen¹

Wiktionary Translations for maar:

maar

conjunction

tegenwerping, introduceert een zin(sdeel) dat het voorgaande zin(sdeel) tegenspreekt of er mee contrasteert
- maar → men

Cross Translation:

From	To	Via
• maar	→ men	↔ although — but
• maar	→ utan	↔ but — rather
• maar	→ men; fast	↔ but — although
• maar	→ men; emellertid; dock	↔ aber — einen Gegensatz ausdrückend: jedoch, dagegen
• maar	→ bara; blott; endast	↔ seulement — Uniquement, rien que… (sens général)

Related Translations for maar

¹Muiswerk Woordenboek