Dutch

Detailed Translations for afdrijven from Dutch to Swedish

afdrijven:

afdrijven verb (drijf af, drijft af, dreef af, dreven af, afgedreven)

  1. afdrijven (verlijeren; wraken)
    ge spelrum
    • ge spelrum verb (ger spelrum, gav spelrum, givit spelrum)

Conjugations for afdrijven:

o.t.t.
  1. drijf af
  2. drijft af
  3. drijft af
  4. drijven af
  5. drijven af
  6. drijven af
o.v.t.
  1. dreef af
  2. dreef af
  3. dreef af
  4. dreven af
  5. dreven af
  6. dreven af
v.t.t.
  1. ben afgedreven
  2. bent afgedreven
  3. is afgedreven
  4. zijn afgedreven
  5. zijn afgedreven
  6. zijn afgedreven
v.v.t.
  1. was afgedreven
  2. was afgedreven
  3. was afgedreven
  4. waren afgedreven
  5. waren afgedreven
  6. waren afgedreven
o.t.t.t.
  1. zal afdrijven
  2. zult afdrijven
  3. zal afdrijven
  4. zullen afdrijven
  5. zullen afdrijven
  6. zullen afdrijven
o.v.t.t.
  1. zou afdrijven
  2. zou afdrijven
  3. zou afdrijven
  4. zouden afdrijven
  5. zouden afdrijven
  6. zouden afdrijven
diversen
  1. drijf af!
  2. drijft af!
  3. afgedreven
  4. afdrijvende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

afdrijven [znw.] nomen

  1. afdrijven (aborteren)

Translation Matrix for afdrijven:

NounRelated TranslationsOther Translations
aborterande aborteren; afdrijven
VerbRelated TranslationsOther Translations
ge spelrum afdrijven; verlijeren; wraken

Wiktionary Translations for afdrijven:


Cross Translation:
FromToVia
afdrijven driva (iväg); komma ur kurs; driva bort abtreiben — etwas oder jemanden, welches oder welcher sich fliegend oder schwimmend bewegt, von einer Richtung ablenken
afdrijven driva ut abtreiben — so auf den Körper eines Lebewesens einwirken, dass ein Fremdkörper und Fremdstoffe aus diesem ausgeschieden werden
afdrijven driva (bort); köra bort abtreiben — eine Person oder Tier vertreiben
afdrijven fördriva (ett foster); göra abort abtreiben — (umgangssprachlich): die menschliche Schwangerschaft unterbrechen