Summary


Dutch

Detailed Translations for goedkeuring from Dutch to Swedish

goedkeuring:

goedkeuring [de ~ (v)] nomen

  1. de goedkeuring (instemming; akkoord)
    tillstånd
  2. de goedkeuring (permissie; toestemming; akkoord; goedvinden; fiat)
    acceptation; lov
  3. de goedkeuring (accoord; toestemming)
    samtycke; medgivande
  4. de goedkeuring
  5. de goedkeuring (goedkeuringsactiviteit)

Translation Matrix for goedkeuring:

NounRelated TranslationsOther Translations
acceptation akkoord; fiat; goedkeuring; goedvinden; permissie; toestemming aanvaarden; acceptatie; accepteren
godkännande goedkeuring; goedkeuringsactiviteit bijval; homologatie; instemming
lov akkoord; fiat; goedkeuring; goedvinden; permissie; toestemming feestdagen; licentie; snipperdag; vakantie; vergunning; verlof; verlofjaar; verloftijd
medgivande accoord; goedkeuring; toestemming believen; goeddunken
samtycke accoord; goedkeuring; toestemming dienstbaarheid; dienstvaardigheid; eensgezindheid; eenstemmigheid; gedienstigheid; jawoord; unanimiteit; welbevinden
tillstånd akkoord; goedkeuring; instemming conditie; entreebiljet; geleidebiljet; gesteldheden; kaart; kaartje; plaatsbewijs; sanctie; staat; status; ticket; toegangsbewijs; toestand; toestanden; vergunning
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
godkännandeaktivitet goedkeuring; goedkeuringsactiviteit
ModifierRelated TranslationsOther Translations
godkännande goedkeurend; instemmend; toestemmend

Related Words for "goedkeuring":

  • goedkeuringen

Wiktionary Translations for goedkeuring:


Cross Translation:
FromToVia
goedkeuring okej OK — endorsement; approval
goedkeuring avtal; samtycke; överenskommelse agreement — an understanding to follow a course of conduct
goedkeuring godkännande agrémentaction d’agréer.