Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. vrek:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vrek from Dutch to French

vrek:

vrek [de ~ (m)] nomen

  1. de vrek (gierigaard; krentenweger; schraper; krent; knibbelaar)
    le traficoteur; le grippe-sou; l'avare; le racloir
  2. de vrek
    le grippe-sou; l'avare

Translation Matrix for vrek:

NounRelated TranslationsOther Translations
avare gierigaard; knibbelaar; krent; krentenweger; schraper; vrek geldzucht; hebgier
grippe-sou gierigaard; knibbelaar; krent; krentenweger; schraper; vrek knibbelaarster; louche handelaar; sjacheraar
racloir gierigaard; knibbelaar; krent; krentenweger; schraper; vrek krabber; krabijzer; krasser; schraapijzer; schraapmes; schraper; schrapijzer
traficoteur gierigaard; knibbelaar; krent; krentenweger; schraper; vrek louche handelaar; sjacheraar
ModifierRelated TranslationsOther Translations
avare gierig; inhalig; knijperig; krenterig; schraperig; vrekkig

Related Words for "vrek":

  • vrekken

Wiktionary Translations for vrek:

vrek
noun
  1. iemand die ongepaste zuinigheid betracht
vrek
noun
  1. Personne avare.
  2. Celui qui, avoir de quoi vivre, affecter la pauvreté pour servir de prétexte à une avarice sordide, avare, grippe-sou, ladre, pingre, rapiat.
  3. avare

Cross Translation:
FromToVia
vrek avare miser — skinflint or scrooge
vrek radin; avare skinflint — one who is excessively stingy or cautious with money