Most Recent Dutch Words:

slingering onfortuinlijk uitdragen dienstbaar notenbalk eenpersoons gevangennemen kooldioxide voorvoegsel functioneren wegdraven spam wuft wuftheid weerballon uitdelen menselijk slagader terugwijzen onbezorgd onbezorgdheid excuseren saké pers persen teruggooien onbetekenend rekenen omwenteling overweldiging terstond eufemisme deemoedig indiceren samenvoegen overgang overgangen regeringsapparaat defilé wandelstok rijvlak buslichten commode vorsen opbellen vervulling opgebeld sluiting ritueel manie schoonboenen diepgravend vergaan spugen diplomaat onscheidbaar naaf opborrelen boemelen boemel huldiging voorzet voorzetten mensenkind bezopen tovenarij schapewolkje aardbeving kattigheid uitbranders ademtocht vrachtauto voorbereiden hedentendage oreren manuaal waterstof presentatiesectie schrappen geschrapt luchtje knevel knevelen komediant hutselen uitwijken dienstregeling kreunen heibel smartelijk bestraffen afslijten afgesleten slapte goedgeefs goedgeefsheid epidemisch beraadslaging trammelant ontwarren intrekking scheuren gescheurd haast haasten klederdracht engte doorvorsen men vies martelen viesheid punteren oproerig inlopen knapperen verkleefd rijksweg vaneen beschikkingsrecht amulet uitspanningsoord veterinair onverdroten knalpoeder strip strippen doorrijden afvoeren afvaren aldus deponeren bestandsextensie pretenderen ademhaling stoffig verslaafd pantoffel verslaafdheid casseren opbreken uitgezonderd uitzonderen snauwerig selecteren verstrooid spitsspeler kweekplaats struik gebak gebakje vastkoppelen perspectief enthousiast betekenisvol melancholisch melancholische wereldbol envelop toetasten soortgelijkheid windstoot aspiratie kleinkunsttheater vertaler appèl staatsambtenaar zevende opgewonden log ouwehoer opgewondenheid logheid integer minvermogendheid tegenwoordig feliciteren articuleren kippestok hermetisch lawaai stadionring afluisteren hobbeling telex-net zienswijs redactie centrifugeren edel nalopen landbezitter vezel aanwakkeren vezeltje naslagwerk ouverture orakel vernederen uitroeien indringen

Most Recent Spanish Words:

glorioso palillo acertado arriesgarse migar gravitación difunto agonizar prestidigitador eflorescencia pensión choza elemento elementos cabecera printear alienado gobierno gobernar munificencia físico física chico chica humorista matrimonio fresco enturbiar lamentar firmante replicar exaltado salario escaso ahí acerado tam-tam luminosidad desestimar visible aventurero caracterizar afabilidad honorario teñir paté memoria memorias filosofía estirajón presentado nombramiento precedente vergonzoso frecuentar tensar tenso convite coagularse brecha bebida transparente resumidamente gorrito arribar regional demarcar financiar coquetón coqueto pensionado clavar buenísimo deteriorado cordillera vendimia libido llamativo resonancia aviar normativa yerno incrementar debutante filósofo general General trasto trastos Vista ensuciamiento evolucionar hiriente sobrepasar pirueta obscuro asentado exclusión sucio capacitación comerciable enfocar desplegar exterminación desterrar desterrado ambulante constatar discusión calvario experiencia encordar redada restablecer espiga activado fécula armonizar grumoso agua aguar bicicleta lanzar pavonearse júbilo completar completo dictamen destacar destacarse destacado redención adulteración muestra mostrarse rebajar rebajarse rebajas presentimiento parentesco fosforescer asador aburrir originado recaudador cocinar diferenciar diferenciarse diferencia cercanía mechón cercanías helar helarse hielo castigado pulgada diablura chequear cátedra reportero impotente maquinal decepción lánguido tentempié cremoso aforar subastar esqueje sabihondo ampulosidad peón rumbo encadenar fundación conservable silenciosamente largueza sénior omisión fisión fraccionar región erosión adopción seña precisar señas destructor pelear pelearse peleas básico menoscabar menoscabo gasto gastos pesadez ubicación