Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. zintuig:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zintuig from Dutch to English

zintuig:

zintuig [het ~] nomen

  1. het zintuig (orgaan)
    the sense organ; the institution; the organ of sense; the institute; the establishment

Translation Matrix for zintuig:

NounRelated TranslationsOther Translations
establishment orgaan; zintuig autoriteiten; bepaling; bestel; definiëring; determinatie; gezag; gezaghebbers; grondlegging; het stichten; instelling; omschrijving; oprichting; samenstel; stichting; vestiging
institute orgaan; zintuig
institution orgaan; zintuig corporatie; dienst; handelsmaatschappij; handelsonderneming; handelsvennootschap; handelsvereniging; instituut; internaat; kostschool; onderneming; pensionaat
organ of sense orgaan; zintuig
sense organ orgaan; zintuig
VerbRelated TranslationsOther Translations
institute aanstellen; benoemen; installeren

Related Words for "zintuig":

  • zintuigen

Wiktionary Translations for zintuig:

zintuig
noun
  1. orgaan
zintuig
noun
  1. method to gather data
  2. an organic sensor

Cross Translation:
FromToVia
zintuig orientation; feel; smell senssignification, ce que quelque chose veut dire.