Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. postzegel:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for postzegel from Dutch to English

postzegel:

postzegel [de ~ (m)] nomen

  1. de postzegel
    the stamp

Translation Matrix for postzegel:

NounRelated TranslationsOther Translations
stamp postzegel inktstempel; keur; kwaliteitsmerk; plakzegel; stempel; waarborg; waarmerk; zegel
VerbRelated TranslationsOther Translations
stamp afstempelen; beporten; bezegelen; frankeren; stempel opdrukken; stempel zetten; stempelen; van zegel voorzien

Related Words for "postzegel":

  • postzegels, postzegeltjes

Wiktionary Translations for postzegel:

postzegel
noun
  1. betalingsmiddel voor het verzenden van post
postzegel
noun
  1. piece of paper indicating postage has been paid

Cross Translation:
FromToVia
postzegel stamp; postage stamp Briefmarke — aufklebbares (seltener auch aufgedrucktes) Wertzeichen, das als Zahlungsmittel für Postgebühren dient
postzegel stamp; postage stamp timbre-postevignette adhésif, de valeur conventionnelle, émettre par une administration postale et destiner à affranchir les envois confier à la poste.