Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. aankomst:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for aankomst:
    • anreise


Dutch

Detailed Translations for aankomst from Dutch to German

aankomst:

aankomst [de ~ (v)] nomen

  1. de aankomst (komst)
    die Ankunft; Kommen; Eintreffen
  2. de aankomst (binnenkomst)
    die Ankunft; Eintreffen

Translation Matrix for aankomst:

NounRelated TranslationsOther Translations
Ankunft aankomst; binnenkomst; komst aankomsten; binnenkomst; entree; intocht; intrede; rentree; retour; terugkeer; terugreis; thuiskomst
Eintreffen aankomst; binnenkomst; komst aankomsten; binnenkomst; entree; intocht; intrede
Kommen aankomst; komst binnenkomst; entree; intocht; intrede; komst; overkomst

Wiktionary Translations for aankomst:

aankomst
noun
  1. de bestemming bereiken, het aankomen

Cross Translation:
FromToVia
aankomst Ankunft arrival — act of arriving or something that has arrived
aankomst Ankunft; Anlandung; Eintreffen arrivageabord, arrivée des navires dans un port.
aankomst Ankunft; Eintreffen arrivéeaction d’arriver.