English

Detailed Translations for slim from English to Dutch

slim:

slim adj

  1. slim (skinny; slender)
  2. slim (delicate; fine)
  3. slim (slender; slight; svelte)
    – being of delicate or slender build 1
    slank

slim [the ~] nomen

  1. the slim (diet; watch one's weight)
    aan de lijn doen; de diëten; het lijnen

Translation Matrix for slim:

NounRelated TranslationsOther Translations
aan de lijn doen diet; slim; watch one's weight
diëten diet; slim; watch one's weight
lijnen diet; slim; watch one's weight diet; regime
VerbRelated TranslationsOther Translations
lijnen line
- lose weight; melt off; reduce; slenderise; slenderize; slim down; thin
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
fijn delicate; fine; slim agreeable; delicate; easy going; enjoyable; fine; fragile; frail; good; lovely; nice; petite; pleasant; slender; small-boned; subtle; tender; thin
mager skinny; slender; slim flimsy; lank; lanky; lean; low-fat; meager; meagre; miserable; poor; puny; shabby; skinny; slender; slender of figure; thin; weedy
slank slender; slight; slim; svelte delicate; petite; slender; small-boned; thin
spichtig skinny; slender; slim lank; lanky; weedy
tenger skinny; slender; slim delicate; fragile; frail; lightly built; petite; slender; slight; small-boned; tender; thin
- slender
OtherRelated TranslationsOther Translations
- of slender build; slender; tall and slender
ModifierRelated TranslationsOther Translations
slank en smal delicate; fine; slim
sprieterig skinny; slender; slim

Related Words for "slim":

  • slimness, slims, slimmer, slimmest

Synonyms for "slim":


Antonyms for "slim":


Related Definitions for "slim":

  1. being of delicate or slender build1
    • a slim girl with straight blonde hair1
  2. small in quantity1
    • a slim chance of winning1
  3. take off weight1

Wiktionary Translations for slim:

slim
adjective
  1. slender
verb
  1. lose weight
slim
adjective
  1. zeer dun met weinig vet
  2. smal van postuur

Cross Translation:
FromToVia
slim slank schlank — in der Form schmal, nicht breit

Related Translations for slim



Dutch

Detailed Translations for slim from Dutch to English

slim:

slim adj

  1. slim (clever; schrander; snugger; )
    bright
    – characterized by quickness and ease in learning 1
    • bright adj
      • some children are brighter in one subject than another1
  2. slim (goochem; clever; kien; )
    smart; canny; shrewd; wily; sly
  3. slim (gis; schrander)
    wise; smart; clever
  4. slim (scherpzinnig; gevat; schrander; uitgeslapen; snedig)
  5. slim (kien; pienter; uitgekookt; spits; bijdehand)
    keen; sharp
  6. slim (geleerd; wijs; intelligent)

Translation Matrix for slim:

NounRelated TranslationsOther Translations
biting bijten
erudite erudiet; intellectueel
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
acute gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen acuut
astute clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen adrem; bijdehand; gevat; raak; scherpzinnig; snedig; spitsvondig; uitgekiend
biting gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen bijtend; bijtende; doordringend; fel; gemeen; inbijtend; invretend; inwerkend; scherp
canny bij de pinken; clever; goochem; kien; schrander; slim; uitgeslapen
clever clever; geleerd; gevat; gis; intelligent; kien; pienter; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; snugger; uitgeslapen; wijs adrem; bedachtzaam; bijdehand; briljant; correct; doordacht; gehaaid; geniaal; gevat; gewiekst; ingenieus; intelligent; knap; kundig; kunstig; nadenkend; pienter; raadzaam; raak; rap; scherpzinnig; schrander; snedig; snel; snugger; spitsvondig; uitgekiend; uitgeslapen; vaardig; vernuftig; verstandig; vindingrijk; vlot; vlug; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
educated geleerd; intelligent; slim; wijs geleerd; geschoold; onderwezen
erudite geleerd; intelligent; slim; wijs belezen; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; ontwikkeld; wijs; zeer geleerd; zeer ontwikkeld
ingenious clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen briljant; geniaal; ingenieus; inventief; knap; kundig; kunstig; vaardig; vernuftig; vindingrijk
intelligent clever; geleerd; intelligent; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen; wijs bedachtzaam; correct; doordacht; intelligent; nadenkend; pienter; raadzaam; schrander; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
keen bijdehand; gevat; kien; pienter; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; spits; uitgekookt; uitgeslapen begerig; briljant; fervent; gretig; happig; ingenieus; knap; kundig; kunstig; messcherp; scherp; vaardig; verlekkerd; vindingrijk; vurig
sagacious clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen
shrewd bij de pinken; clever; goochem; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen achterbaks; berekenend; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; leep; listig; scherpzinnig; slinks; sluw; snood; spitsvondig; stiekem; uitgekiend; uitgekookt
skilful clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen bedreven; behendig; bekwaam; briljant; geoefend; handig; ingenieus; knap; kundig; kunstig; magistraal; meesterlijk; rap; snel; vaardig; vindingrijk; vlot; vlug
skillful clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen bedreven; behendig; bekwaam; briljant; geoefend; handig; ingenieus; knap; kundig; kunstig; magistraal; meesterlijk; rap; snel; vaardig; vindingrijk; vlot; vlug
smart bij de pinken; clever; geleerd; gis; goochem; intelligent; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen; wijs adrem; alert; bedachtzaam; bijdehand; chic; correct; doordacht; elegant; esthetisch; gehaaid; gelikt; gevat; gewiekst; intelligent; kittig; knap; leuk om te zien; modieuze verfijning; nadenkend; oplettend; picobello; piekfijn; pienter; raadzaam; raak; scherpzinnig; schrander; smaakvol; snedig; snugger; spitsvondig; stijlvol; tiptop; uitgekiend; uitgeslapen; verfijnd; verstandig; wakker; weldenkend; wijs; wijselijk; zinnig
wise clever; gis; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen bedachtzaam; belezen; correct; doordacht; erudiet; geletterd; gestudeerd; hooggeleerd; intelligent; nadenkend; ontwikkeld; pienter; raadzaam; schrander; verstandig; weldenkend; wijs; wijselijk; zeer geleerd; zeer ontwikkeld; zinnig
- bijdehand; intelligent; knap; pienter
ModifierRelated TranslationsOther Translations
bright clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen aanschouwelijk; adrem; bedachtzaam; bijdehand; blij; blijgeestig; blijmoedig; blinkend; bloeiend; correct; dartel; doordacht; duidelijk; fideel; flagrant; fleurig; flitsend; geestig; gevat; glimmend; hip; intelligent; jolig; kleurig; kleurrijk; knap; kwiek; leuk om te zien; levendig; lustig; modieus; monter; nadenkend; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; overduidelijk; pienter; raadzaam; raak; schrander; snedig; snel; snugger; spiritueus; trendy; uitgelaten; verstandig; vlot; vrolijk; wakker; weldenkend; welgemoed; wijs; wijselijk; zinnig; zo klaar als een klontje; zonneklaar; zonnig
crafty clever; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen scherpzinnig; spitsvondig; uitgekiend
sharp bijdehand; kien; pienter; slim; spits; uitgekookt achterbaks; adrem; bijdehand; bitter; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; giftig; gluiperig; intelligent; kwaad; leep; listig; messcherp; nijdig; op afgebeten toon; pienter; puntig; raak; scherp; scherp gepunt; scherpgerand; schrander; schril; slinks; sluw; snedig; snijdend; snood; snugger; spits; spitsig; spitsvormig; stiekem; toegespitst; uitgekookt; uitgeslapen; vlijmend; vlijmscherp; woedend; zeer boos
sharp-minded gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen
sharpwitted gevat; scherpzinnig; schrander; slim; snedig; uitgeslapen
sly bij de pinken; clever; goochem; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen achterbaks; arglistig; berekenend; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; leep; link; listig; loos; pesterig; scherpzinnig; slinks; sluw; snood; spitsvondig; stiekem; uitgekiend; uitgekookt; vrij; zonder taak
wily bij de pinken; clever; goochem; kien; pienter; schrander; slim; snugger; uitgeslapen adrem; bijdehand; gevat; raak; scherpzinnig; snedig; spitsvondig; uitgekiend

Related Words for "slim":


Synonyms for "slim":


Antonyms for "slim":


Related Definitions for "slim":

  1. hij snapt het vlug, reageert snel2
    • Jan is een slimme leerling2

Wiktionary Translations for slim:

slim
adjective
  1. intelligent, snel van begrip
slim
adjective
  1. mentally quick or sharp
  2. intelligent
  3. ready; especially fitted or qualified (to do something); quick to learn; prompt; expert
  4. practically wise, judicious, shrewd
  5. exhibiting intellectual knowledge, such as that found in books

Cross Translation:
FromToVia
slim wily; clever; cunning; sly; smart; crafty; sneaky artificieux — littéraire|fr péjoratif|fr Qui est plein d’artifice, de ruse.
slim astute; clever; cunning; sly; smart; crafty; sneaky; wily astucieux — Qui a de l’astuce.
slim difficult; hard; inconvenient; tough; arduous difficile — Non facile, qui nécessite un grand effort.
slim hard; difficult; inconvenient; tough; arduous dur — Qui, par suite de sa fermeté, est difficile à pénétrer, à entamer.
slim malicious malin — (vieilli) Malicieux (4)
slim cunning; clever; savvy malin — (familier) Rusé (5)
slim devious; tricky; clever; cunning; sly; smart; crafty; sneaky; wily rusé — Qui a de la ruse, qui est plein de ruses.